Historie

Historie van het protestants kerkje te Stevensweert

Rond 1250 is er reeds sprake van een parochie met in die tijd al een kerkgebouw. In de middeleeuwen ontstond een imposant kasteel, bewoond door de Heren van Pietersheim en vervolgens door de Graven Van den Bergh. Het kasteel had een eigen kapel.

In 1702 ging de in 1633 door de Spanjaarden aangelegde vesting over in Staatse handen. Er werd een garnizoen gelegerd van voornamelijk protestantse militairen. Ze gebruikten de kasteelkapel voor de eredienst. Het altaar werd buiten gezet en de preekstoel kreeg een prominente plaats in het gebouw. De eerste dominee, Jacobus Hensbroek, trad op 7 oktober 1702 aan.

De graaf Van Hompesch, sinds 1719 bewoner van het kasteel Walborgh, was protestant. Hij beschermde de protestantse gemeenschap en zo bleef deze te midden van een sterk katholieke omgeving in stand. Tijdens de franse periode werd het gebouw voor andere doeleinden gebruikt. Na vertrek van de Fransen was het gebouw niet meer te gebruiken als kerkgebouw, zo was het uitgewoond.

De gemeente vroeg hulp bij Koning Willem I. De Koning zorgde voor een bedrag van 1100 gulden en daarmee werd in 1819 een nieuw kerkgebouw opgericht. Ook de bewoners van het kasteel lieten zich niet onbetuigd. Zo schonk gravin Charlotte van Hompesch een bijzonder orgel aan de kerk. Ook werd een mooie eikenhouten koorbank geplaatst met daarboven uiteraard de familiewapens.

Mensen van deze tijd hebben leren omgaan met cultuurbezit, objecten waaraan we een cultureel historische waarde hechten. In dat opzicht heeft het kerkje een kostbaar en een kostelijk orgel. Kostbaar, omdat er van Limburgse orgelbouw uit de vroege 19e eeuw weinig over is en omdat er zoveel ouder materiaal in dit instrument is verwerkt. Kostelijk, omdat het orgel zo prachtig en inspirerend klinkt. De mooie akoestiek van het gebouw draagt daar ook toe bij.

Het gebouw liep in de tweede wereldoorlog schade op. Het kerkje werd rond 1950 sober gerestaureerd. Het sierlijke torentje werd vervangen en de mergelstenen ramen werden uit bezuiniging helaas vervangen door houten kozijnen, wat het kerkje een ander aanzien geeft, mergel hoort toch bij Limburg.

Vlak na de tweede wereldoorlog ontstond een steeds groter wordende groep binnenvaartschippers, die met name ten gevolge van de ontgrindingen in Midden-Limburg in de weekenden in de haven van Maasbracht aanmeerden. Zo ontstond in Maasbracht steeds meer behoefte aan Protestantse kerken (zowel Hervormd als Gereformeerd). Beide genootschappen bouwden in Maasbracht een kerk. De Hervormden aan de Julianalaan en de Gereformeerden aan de Sintelstraat. Omdat in Stevensweert de Hervormde  gemeenschap steeds kleiner werd is tenslotte de Hervormde Gemeente Stevensweert-Maasbracht ontstaan.

Deze Hervormde Gemeente had toen dus twee kerkgebouwen, één in Stevensweert en één in Maasbracht. Medio jaren ’80 moest er een grote restauratie plaatsvinden aan het monumentale kerkje in Stevensweert en daar had men binnen de Hervormde Gemeente het geld niet voor. De toen nog bestaande (burgerlijke) gemeente Stevensweert wilde het pand kopen voor fl. 12.000,00, om daar het streekmuseum in te vestigen. Dit plan ondervond echter heftige weerstand in Hervormde kring (met name vanuit het Provinciaal Toezicht binnen de Hervormde Kerk), omdat men het kerkgebouw van de oudste Protestantse Gemeente in Limburg (vroeger genaamd Nederduitsch Hervormde Gemeente) “niet in roomse handen wilde laten overgaan”.

 

De Maatschappij van Welstand te Amersfoort heeft de restauratiekosten voor haar rekening genomen (fl. 97.877,10), eerst als voorfinanciering op aan te vragen subsidies, maar uiteindelijk fl. 85.377,10 geschonken, toen bleek dat de subsidies slechts voor fl. 12.500,00 werden toegewezen. In de schenkingsakte is bepaald, dat als de kerk door de Stichting ooit wordt verkocht dat dan het genoemde bedrag uit de opbrengst alsnog terugbetaald moet worden. De Hervormde Gemeente Stevensweert-Maasbracht heeft vervolgens op 9 januari 1985 het kerkgebouw verhuurd aan de Stichting Streekmuseum Stevensweert voor een bedrag van fl. 12,00 per jaar, met de verplichting gewone herstellingen en gewoon onderhoud aan de binnen- en buitenzijde van het gehuurde door en voor rekening van het Streekmuseum te verrichten.

Op dezelfde dag hebben de nabestaanden van de adellijke families, die eertijds het kasteel Walburg in Ohé en Laak bewoonden, de begraafplaats met hardstenen grafzerken, alsmede de smeedijzeren toegangspoort  en het smeedijzeren hek verkocht aan de Stichting Streekmuseum Stevensweert voor fl. 1,00. Tevens heeft de Hervormde Gemeente Stevensweert-Maasbracht recht van overpad verleend aan de Stichting Streekmuseum Stevensweert, om over de grond van de kerk de begraafplaats Walburg te kunnen bereiken. Ter voorkoming van misverstanden, tot de begraafplaats Walburg behoort dus niet de begraafplaats die “achter” de kerk ligt.

1985-01-09-recht-van-overpad Prot.Kerkje

Op 17 mei 1990 is de Stichting Protestantse Kerk Stevensweert notarieel opgericht. In deze Stichtingsakte is opgenomen, dat het bestuur van de Stichting bestaat uit vier personen, waarvan twee bestuursleden worden benoemd door de Maatschappij van Welstand en twee bestuursleden door het College van Kerkvoogden van de Hervormde Gemeente Stevensweert-Maasbracht. Het besluit om het gebouw te verkopen aan de Stichting is door alle partijen genomen, zodat de Stichting zich gedroeg als eigenaar van het gebouw, maar wegens het ontbreken van de goedkeuring van het Provinciaal College van Toezicht en door verschillende andere oorzaken was het dossier in vergetelheid geraakt (o.a. door overlijden van de voormalig voorzitter van het College van Kerkvoogden, de heer Krijn Versluis) en heeft het tot 29 maart 2000 geduurd vooraleer het kerkgebouw formeel is overgedragen aan de Stichting.

Door de gemeentelijke herindeling in 1994 is Stevensweert tot de gemeente Maasbracht gaan behoren, waardoor het plaatselijk raadhuis ter beschikking is gekomen voor het Streekmuseum. Hierdoor verloor de functie van expositieruimte van het Streekmuseum in de loop der jaren aan toegevoegde waarde. Tot slot heeft het Streekmuseum de huur per 31 december 2000 opgezegd en kwam de kerk in Stevensweert weer leeg te staan.

De enige band die nu nog met het Streekmuseum bestaat, is de door het Streekmuseum blootgelegde ruimte onder de preekstoel (ingang via de voormalige kerkenraadsbank). Naast een gevonden skelet en enkele andere voorwerpen is hier de oorspronkelijke fundering te zien van de kasteelkapel uit 1250.

 

 

Op 14 juli 1998 was inmiddels de Stichting Vrienden van het Protestants Kerkje Stevensweert opgericht. Deze Stichting heeft, nadat het streekmuseum het gebouw had verlaten, de exploitatie van de kerk voor haar rekening genomen (organiseren van concerten, toeristendiensten, Huis van de Gemeente (trouwlocatie), etc.).

Zoals gezegd, op 29 maart 2000 is uiteindelijk de kerk pas juridisch aan de Stichting Protestantse Kerk Stevensweert overgedragen voor het symbolische bedrag van fl. 10,00.

2000-03-29-koopakte-kerkje

2001-04-24-PKS-VPKS-Museum-overeenkomst

2001-04-24-exploitatie-overeenkomstkerkje

Meer informatie